echt: midden-limburgse beken
Een aardige wandelroute in de provincie Limburg vanuit de plaats Echt gevonden op de site
https://www.wandelzoekpagina.nl/wandeling/groene-wissel-echt/12378/
De wandeling is van Groene Wissels. De naam heeft betrekking op de spoorwegen en alle wandelingen beginnen en eindigen bij hetzelfde treinstation of bushalte.
De naam van de wandeling is: Echt: Midden-Limburgse Beken. Echter door de droogte heb ik onderweg geen water in de beken gezien, op één uitzondering na. Ik liep de wandeling op 14 september 2019.
Vanaf het treinstationnetje van Echt loop je eerst een stuk door de bebouwde kom van het dorp.
In het centrum staat de Heilige Landricuskerk. De kerk is gewijd aan Landricus van Zinnik. Landricus werd geboren in 637 in de Waalse stad Bergen. Zijn vader had graag dat hij militair werd, maar hij werd priester en later zelfs bisschop. Hij volgde zijn vader op die abt was van de abdij van Hautmont in Noord-Frankrijk.
Vlakbij de kerk staat een fraai gebouw (foto linksonder) waarin o.a. het museum van Echt is gehuisvest.
Het is ooit gebouwd als gemeentehuis met een openbare lagere school en een onderwijzerswoning in de jaren 1887-1888 in een Neo-Renaissancestijl.
Net voordat je de bebouwde kom uitloopt, kom je over een bruggetje over de Echter Molenbeek. Die beek stond dus helemaal droog.
Verderop langs het pad liggen akkers met diverse maïspercelen en loop je langs hagen van meidoorn met zijn rode bessen en waar ook de Hondsroos groeit die zijn oranje vruchten laat zien.
Bij Ophoven kom je bij de stuw van de Molenbeek. Die stond er nu werkeloos bij, aangezien er geen druppel water meer in de beek staat.
In Ophoven zelf staat in de schaduw van een mooie boom een Jezuskruis, waar de wandeling verder gaat over een mooie landweg waarlangs de blauwe bloemen van de Wilde Cichorei bloeien.
Voordat je bij het natuurgebied De Doort bent, gaat de wandeling langs de beek De Nieuwe Graaf. Helaas stond die nu ook helemaal droog.
In het natuurgebied De Doort ten zuiden van Echt ligt de zogeheten Boomkikkervijver. Hier plant de boomkikker zich voort en hier zou zich een van de grootste populaties in Nederland moeten bevinden. Helaas heb ik het diertje wat maximaal vijf centimeter groot kan worden hier niet kunnen ontdekken. Toch maar een afbeelding om dit mooie kikkertje te laten zien.
In het gebied staat een informatiepaneel waar een verhaal op staat van “Het Slötje”.
Hierbij het verhaal.
Het Slötje, beter bekend als het kasteel van “Juffrouw zonder kop”, bestaat uit een met droge grachten omringde rechthoekige verhoging in het landschap, met een binnenterrein van ongeveer 1,5 ha. De verhoging is omgeven door een aarden wal van vier meter breed en een meter hoog, terwijl de hoeken iets hoger en breder zijn. Aan de buitenkant van deze wal loopt een eveneens vier meter brede gracht. Deze is drooggevallen. De restanten zijn begroeid met bomen, eiken, zoete kers en struiken.
Deze plek speelt een hoofdrol in de spannende sage over ‘Juffrouw zonder kop’. Zij zou het kasteel aan het einde van de Middeleeuwen bewoond hebben. Volgens dit oude volksverhaal zou deze in 1498 onthoofde adellijke dame, tijdens onheilspellende nachten als een spookverschijning in het gebied rondwaren en schuldig zijn aan diverse mysterieuze verdwijningen. Dat zou de prijs zijn van gruwelijke onthoofding door de Echtenaren. Het verhaal doet de ronde dat de onthoofde dame zich in een aangespannen wagen liet voorttrekken door twee zwarte bokken met vleermuisvlekken. De overlevering gaat dat er nog drie schatten en juwelenkisten van de vrouw in de bodem van het gebied verzonken liggen. En dat zij rond moet dwalen totdat deze zijn gevonden…
De voormalige schans ligt strategisch op een lichte glooiing in het (moerassig) gebied tussen de beken De Middelsgraaf en De Kraanjelbeek. Deze beken dienen voor de afwatering van het ondiepe grondwater uit het natuurgebied. Verder was De Middelsgraaf al in de Middeleeuwen de grens tussen Gulik en Gelre. Opmetingen en verder bodemonderzoek door de Archeologische Werkgroep van de Heemkundekring Echter Landj (AWEL) heeft echter kunnen aantonen dat het zeer onwaarschijnlijk is dat er een stenen gebouw heeft gestaan. Wat het wel is zal in nevelen van de Doorter moerassen gehuld blijven.
Verder over fraaie paden door het natuurgebied steeds in de buurt van de beek De Middelsgraaf die over hele lengtes droog staat (foto linksonder), maar gelukkig niet overal (foto onder-midden). De Gewone Smeerwortel heeft kennelijk weinig last van de droogte en laat zijn mooie bloemen zien.
De wandeling gaat verder via het dorpje Slek in de richting van Echt.
Onderweg kom je langs een monument, voorstellende “Het paardje van Pey”. Dat zei mij niets, maar gelukkig staat er een informatiepaneel met een opvallende titel.
Het paardje van Pey en het einde van het Romeinse Rijk in Nederland.
In 2014 werd op deze locatie in Pey (gemeente Echt-Susteren) in de bodem een schat gevonden bestaande uit een gouden ring, 12 gouden munten en een tiental stukken zilver. De jongste munten zijn geslagen door keizer Constantijn III (407-411). Deze munten zijn vrijwel onbeschadigd en dus zal de schat aan het begin van de 5e eeuw zijn begraven.
Bewust begraven, uit veiligheid en/of religieus motief? In deze tijd ging het Romeinse gezag achteruit en probeerde de keizer de indringende Germaanse stammen voor zich te winnen door met de geldbuidel te zwaaien en verbonden te sluiten ter verdediging van de grenszone van het imperium. De begraver van de schat zou dan een Germaanse officier kunnen zijn geweest in het Romeinse leger van Constantijn III.
De schat van Pey is uniek in zijn combinatie van gouden munten en zogeheten hakzilver. Het zilver is afkomstig van diverse stukken vaatwerk, waaronder zeker drie schalen. Eén van de teruggevonden stukken is een randfragment waarin een verguld paardje met ruiter gegraveerd is.
Hakzilver weerspiegelt de economische en militaire crisis waarin het Romeinse Rijk destijds in Nederland verkeerde. Kostbaar vaatwerk werd toen verknipt en gebruikt als betaalmiddel voor Germaanse soldaten voor wie uiteindelijk alleen de zilverwaarde telde.
Via landwegen langs maïsvelden (met al die saaie planten, maar goed, de koeien moeten ook vreten) en over een grindweg, waarlangs het Groot Kaasjeskruid bloeit, voert de wandeling weer terug naar het dorp Echt tot aan het treinstation.
Reactie plaatsen
Reacties
Dank je Toon. Als ik na de wandelingen de site ga bewerken, beleef ik alles opnieuw. Dat is ook het leuke ervan.
Prachtig Willem, heb er verder geen woorden voor!!!